Literatuur Les 2: Fraaie Zinnen
Leiden, maandag 12 februari 2001
Lieve Liefdescursisten,
Deemoedig buig ik mijn charmante hoofdje. U heeft mij de afgelopen week zo
veel klaaglijke mails gestuurd, dat ik moest inzien dat mijn Valentijns-gedachtengoed
voor u trop difficile was. Een dierbare Liefdescursist pruilde zelfs,
dat hij zich van mij vervreemd voelde. Anderen zijn in de war geraakt. Want
overal wordt u aangegaapt door kleurige Valentijns-kaarten met voorbedrukte
liefdeswensen en die mocht u van mij niet kopen, omdat ik daarin tederheid miste.
U kennelijk niet.
Enfin, ik zal mij coulant betonen. Schaf maar aan. Verstuur ze vandaag
nog. En wees dan ook blij als u woensdag vergelijkbare post krijgt. Mag ik wel
dringend suggereren enige aandacht te besteden aan de handgeschreven tekst?
Fraaie zinnen die van literaire waarde zijn, daar gaat het deze week om in de
Liefdescursus.
Menigeen verlangt van mij de ultieme zin voor een gelegenheid. Wat te zeggen
bij de eerste ontmoeting, en wat bij de tweede? Hoe romantische voorstellen
te doen waarin het woord bubbelbad even nonchalant als verleidelijk verschijnt?
En welke zinnen zijn mooi en afwijzend tegelijkertijd? Of ik dat maar even wil
noteren en versturen, vraagt men dan.
Mais... lieve Liefdescursisten, zo werkt de Cursus niet. De idee is,
dat ik u begeleid op uw liefdespad, en niet met het zaklampje voor u de weg
baan. Zelf leren nadenken betekent zelf leren liefhebben.
U begrijpt dat er geen dus geen kant-en-klare literaire liefdestaal bestaat,
alle poëzie ten spijt. Is dat een teleurstelling? Neen.
Iedere situatie, iedere Geliefde en zeker de combinatie van de twee, zal het
beste in u naar voren halen. Inlevingsvermogen, improvisatietalent en niet te
vergeten moed helpen u vooruit in de liefde. U bent verlegen? Bang, wellicht?
U voelt zich vaak als verlamd? Dan bent u op het ware liefdespad.
Er zijn evenwel valkuilen in de liefdes-spraak.
Indien u een Geliefde toespreekt die moet komen of blijven, zorg dan dat uw
taal duidelijk is. Maar niet bot. Honden dresseert u met korte zinnen, een romance
heeft dat je ne sais quoi nodig. Hou daar als volgt rekening mee.
Ten eerste: gebruik geen gemeenplaatsen. Dus: vermijd gezanik over mooie ogen,
tenzij u de schoonheid ervan heel precies kunt specificeren.
Ook belangrijk: vermijd net-als-vergelijkingen. Bij iemand horen zoals eb bij
vloed hoort, zegt me minder dan niets.
Onthou: nooit monologen beginnen. Eens had ik een amant
die gedurende vele uren telefonisch zijn ondiepe gevoelsleven aan mij uiteenzette.
In die tijd leerde ik een aantal strategische manoeuvres in Quake en zo waren
wij beiden tevreden over onze tijdsbesteding. Zijn voornaam ben ik evenwel vergeten.
En tot slot: verdwaal niet in uitgebreide beeldspraak. Al te vaak begrijpt u
zelf niet meer waar het over gaat, laat staan dat de ander nog enige betekenis
kan ontlenen aan uw quasi-literaire metaforen.
Wat dan wel?
Wees oprecht. Durf te stamelen. En lees wat goede romans om uw woordkeus te
verrijken. Neen, ik spreek mijzelf niet tegen. Sommige klassieke zinnen zijn
een compliment, mits ze voortkomen uit het hart en indien uw Geliefde dezelfde
boeken heeft gelezen. Zelf mag ik graag oude damesromans lezen, maar daaruit
citeren heeft op de gemiddelde zeeman geen effect. Die wordt weer gelukkig als
ik hem affecties betoon in stuurboord dan wel bakboord-richting en daarbij wat
opwindends murmel uit de Scheepsjongens van Bontekoe. Niet alle passages,
natuurlijk.
Laat ik mijn les in een enkele zin samenvatten: spreek tot degene die voor
u staat, en tot geen ander.
Heureusement is volgende week Valentijnsdag voorbij en vergeten,
een enkel traumaatje daargelaten. In de Liefdescursus puzzelen wij dan
vlijtig verder met literaire wetenswaardigheden. Na de eerste les over
mooie woorden en de overweging van deze week over fraaie zinnen, zijn
we toe aan Les 3: sterke verhalen. Moet u alles geloven wat men u vertelt?
Hoe onderscheidt u een mooie vertelling van een ware liefdesbelofte? Is
romantisch liegen geoorloofd als het literaire waarde heeft? Anders gezegd,
wat moeten we toch met sterke verhalen? En aan de opportunisten onder
ons leg ik uit hoe u ze in uw voordeel kunt gebruiken.
Op maandag 19 februari kent u alle antwoorden op deze diepzinnige vragen.
|