Opfriscursus: Het juiste woord
Ik kan de keren niet tellen dat ik, zij het tijdelijk, bezweken ben voor de
charmante welsprekendheid van een aanbidder. De weg naar mijn intellectuele
dameshart loopt nu eenmaal via het woordenboek. Nieuwe spelling. Gelukkig vereist
het verwerven van de gemiddelde Geliefde minder inspanning. Maar toch, wat zegt
u tegen die ander en wat juist niet?
Onthou in alle omstandigheden mijn hoofdregel: spreek nooit spontaan. Daar
komen de ergste dingen van, ook tijdens het chatten. U hoort uzelf stotteren,
gezellige weekends in Parijs voorstellen of opeens quasi-nonchalant songteksten
citeren.
Het is in de eerste fase van uw toenadering alleen de bedoeling dat u een prettige
woordenstroom produceert die eigenlijk nergens over gaat, maar die toch uw Aanstaande
Geliefde aangenaam stemt.
Vroeger heette deze manier van spreken: conversatie. Kijk maar eens in oude
etiquetteboeken. Daarin staat vaak ook, dat u onderwerpen dient te vermijden
als godsdienst, politiek, seksualiteit en het lichaamsgewicht van uw partner.
Eén enkel woord kan zoveel verschil maken. Angsthazen weten dat en bedenken
zich liever tien keer voordat ze hun mond opendoen. En terecht. Persoonlijk
heb ik een sterke afkeer van mannen die zichzelf aanduiden als baasje of ventje.
Wie zichzelf klein ziet, durft immers niet groot te zijn.
Let dus goed op uw woorden, maar blijf spontaan. Dat is minder
moeilijk dan het lijkt. Ieder modern conversatieboek geeft u nuttige
voorbeelden. Kijk ook eens een streekroman in voor nuchtere gespreksstof
zonder dubbele bodems.
|